Heet zweet
Heet zweet
Zaterdag 4 augustus 2018, Salzkammergut-kalkalpen-dachstein
Met een volle tas spullen en mn helm loop ik naar de lift, Frank loopt naast me en is ook al zo'n pakezeltje. Een grote tas, tanktas en helm heeft hij vast. De lift in het hotel suist naar beneden
en al snel zit alles in de koffers van de BMW. We zijn al geroutineerd in het goed inpakken en in één keer alles mee te nemen naar de BMW. Ontbijten hebben we op onze kamer gedaan, we hadden
gisterenavond nog broodjes en jam gekocht.
De lucht is nog koel, de zon straalt fel en de lucht is blauw. We hebben gisteren in Salzburg afgezien van de warmte. De stenen en het asfalt in de stad absorberen enorm veel warmte waardoor de
temperatuur nog meer oploopt. Vandaag hopen we dat de bergen en het rijden ons meer verkoeling zal geven.
Azuurblauw, zo ver als we kunnen kijken, prachtig met hoge bergen op de achtergrond. We zoeven over de 138, hangen lekker in de bochten. Frank is helemaal in zijn element en ik ook. Bij St. Gilgen
draaien we linksaf de 154 die overgaat over 151. En draaien even later linksom om de Mondsee. Zeilboten, mototboten, waterskiers, campings, veel dagjesmensen met koelboxen en BBQ's aan de
waterkant. Dit is weekend! In onze reisgids staat dat de Mondsee de warmste van de meren is en daardoor ook het meest geschikt voor windsurfen. Vandaar dus.
De Beagle ligt sloom in de deuropening, de kok met koksmuts zien we hard ergens op slaan, we denken schnitzels. De Beagle kijkt er in ieder geval niet van op. We nemen koffie en apfelstrudel (
score van 5, diepvries supermarkt kwaliteit) in Loibicht. We hebben nu zo'n twee uur gereden en genoten van de rit. Dit eerste meer van de Salzkammergutmeren (70 stuks) vinden we fantastisch.
" Hoe zullen we verder rijden?" We bekijken de kaart intensief en stippelen een mooi route uit. We hebben tenslotte de hele dag om naar onze volgende locatie te rijden.
Verder gaan we, via de 152, zodat we om de Altersee rijden, die ook weer prachtig blauw is en waar veel mensen lekker in zwemmen en varen. Bij Steinbach slaan we rechtsaf richting Gemunde over de
145. De ritsen van m'n mouwen, broekspijpen en jas staan open. Frank heeft ook zo veel mogelijk ritsen open om maar te koelen. Zodra we stil staan voor bv een stoplicht neemt echter de temperatuur
in de helm ongezonde hoogten aan. Pffff..... warm.
Via een helebooel afslagen rijden we Adlwand binnen. Het eerste dorpje met een gezellig terras en waar we dan ook heerlijk, in de schaduw, lunchen. En echt even rust nemen, en onze motorpakken
laten drogen.
Tegen 14.00 uur rijden we verder en volgen de 48 tot Liezen, dan verder over de 138.
Bij een tankstation stoppen we even om te tanken, een ijsje en cola te kopen. Cola is met deze temperaturen het enige dat lekker smaakt en dorstlessend is.
Er zitten in de schaduw twee motorrijders, we knikken, wijzen naar de zon en trekken aan onze kleding. Ze lachen en knikken bevestigend. Zij hebben het ook warm en zijn aan het koelen. Een
motorrijder komt langsgereden, staand op zijn pedalen? Even de billen ventileren?
" Ik zie geen donder op de telefoon!", " Ik kan zo niet zien waar we heen moeten".
De telefoon die in een prachtig plastic hoesje steekt, zodanig dat we hiermee kunnen navigeren, is niet af te lezen. De telefoon zet na een uur rijden de nachtstand aan door oververhitting. Door de
schittering van de zon in het doorzichtige plastic van het hoesje in combinatie met de zonneschermen in de helm en de nachtstand, maken dat er niets te zien is op het scherm. Dat is enorm lastig en
heeft regelmatig tot gevolg dat we verkeerd rijden en moeten keren. Wat geen sinecure is met een bepakte BMW. Ook de telefoon wordt tijdens het pauze moment bij het tankstation gekoeld, door deze
tegen de ijskoude colafles te houden. Dit helpt, het scherm springt weer naar dagstand en de telefoon kan weer in het hoesje. Voor even kunnen we de route weer volgen.
De bergen zijn wit, hebben veel erosie door water, waardoor er duidelijk groeven zijn ingesleten. Het geeft de bergen een grillig uiterlijk, de toppen zijn scherp getand. We rijden nu door de
Noordelijke Kalkalpen die zijn ontstaan bij de vorming van de alpen doordat afzettingen van de Tethyszee, als dekbladen over de Alpen zijn geschoven. Als je o.a. In Oostenrijk verder naar het
zuiden zou rijden, kom je de Hohe Alpen tegen en vervolgens de Zuidelijke Kalk Alpen. Het ontstaan van de Alpen eindigde zo'n 2 miljoen jaar geleden in het mioceen.
De kalk wordt op meerdere plekken stevig afgegraven en verwerkt tot bouwmaterialen. Dit doet het beeld van de Kalk Alpen geen goed.
Toch genieten we erg van deze mooie tocht, over licht slingerende wegen, door kleine dorpjes met de zo herkenbare huizen met de vele bloemen. De Oostenrijkers kunnen echt met de Engelsen wedijveren
over de bloemen, ze doen niet voor elkaar onder.
Verder rijden we, nu we wat gekoeld zijn, naar Ramsau am Dachstein naar ons logeeradres op de Baurnhof van Brigitte.
Kale toppen met af en toe een plukje sneeuw/ ijs, dan dennenbossen, gemengde bossen, weidegronden met koeien en in de laagste delen de dorpjes. Het landschap is heel specifiek, puur..... of toch
niet?
Hoe dichter we bij Ramsau komen, hoe meer gasthofen, hotels, restaurant, speeltuinen met rodelbaan, skiliften e.d. Het beeld bepalen. Dit is een zeer druk bezocht wintersportgebied. Nu is het zeker
rustiger, maar de uitstraling van een wintersportdorp heeft Ramsau ook in de zomer.
" Hallo, welkom, ich bin Maria". De dochter van Brigitte ontvangt ons hartelijk als we van de BMW zijn afgestapt. Al snel krijgen we de sleutel van onze kamer op de tweede verdieping van een oude
hoeve. De boerderij heeft een houten kap met op twee verdiepingen balkons met petunia's. Paars, roze, wit.
Plafonds, muren en vloeren zijn van hout, als we naar boven lopen over de smalle trap kraakt alles met ons mee. Onze kamer is knus maar gezellig, ook hier veel grenenhout. Op de overloop staat een
prachtige oude kast, die folklore beschilderingen heeft. Het lijkt op Staphorster schilderwerk.
Dit huis is oorspronkelijk een familienhaus, nu wordt het per kamer verhuurd aan toeristen. Er tegenaan staat de houten schuur, van wel drie verdiepingen hoog. Onderin staan de koeien in de stal,
er boven is het hooi opgeslagen. We zien veel katten in en rond de schuur, ook lopen er kippen. De houtconstructie is prachtig robuust.
Even douchen en dan suizen we met de BMW terug naar Ramsau, daar zijn nl. Restaurantjes te vinden. Het eerste restaurant blijkt de keuken maar tot 19.00 uur open te hebben. Laten we net om 19.05
uur binnen lopen. Gelukkig krijgen we de tip om 300 m. Terug te rijden, daar is nog een goed restaurant open.
Onze motorkleding hebben we net uitgedaan en in de koffers gestopt. " gaan we zo rijden?" " ja, voor zo'n klein stukje doen we dat". Hoezo zijn principes vloeibaar..... wij rijden nooit zonder
motorkleding!
" kunnen we voelen hoe dat is om in t-shirt en spijkerbroek gympen te rijden".
We rijden vederlicht en vooral koel de 300 m. Terug en kunnen daar inderdaad eten. Hoe zo principes...... geen vlees eten!" In Oostenrijk in de landelijke gebieden is dit echt onmogelijk. Zelfs
geen salade te krijgen! We eten schnitzel met friet. Smaakt het... jazeker, maar het voelt niet goed.
Reacties
Reacties
Je moet schrijfster worden Marjolein. Je schrijft zo mooi. Heerlijk om te lezen. Ik voel de warmte, en zie de omgeving voor me. Geweldig. Genieten samen. Xx
Helemaal met Ien eens. Veel plezier nog!
Reageer
Laat een reactie achter!
- {{ error }}